1853 - 1856
Krimoorlog
De Krimoorlog werd van oktober 1853 tot februari 1856 uitgevochten tussen het Russische Rijk en een uiteindelijk zegevierende alliantie van het Ottomaanse Rijk , Frankrijk , het Verenigd Koninkrijk en Piemonte-Sardinië.Geopolitieke oorzaken van de oorlog waren onder meer het verval van het Ottomaanse Rijk, de uitbreiding van het Russische Rijk in de voorgaande Russisch-Turkse oorlogen, en de Britse en Franse voorkeur om het Ottomaanse Rijk te behouden om het machtsevenwicht in het Concert van Europa te behouden.Het brandpunt was een meningsverschil over de rechten van christelijke minderheden in Palestina, dat destijds deel uitmaakte van het Ottomaanse Rijk, waarbij de Fransen de rechten van de rooms-katholieken promootten, en Rusland die van de oosters-orthodoxe kerk.De Krimoorlog was een van de eerste conflicten waarin strijdkrachten moderne technologieën gebruikten, zoals explosieve zeegranaten, spoorwegen en telegrafen.De oorlog was ook een van de eerste die uitgebreid werd gedocumenteerd in schriftelijke rapporten en op foto's.De oorlog werd al snel een symbool van logistieke, medische en tactische mislukkingen en van wanbeheer.De reactie in Groot-Brittannië leidde tot een vraag naar professionalisering van de geneeskunde, die het meest bekend werd bereikt door Florence Nightingale, die wereldwijde aandacht kreeg vanwege haar baanbrekende moderne verpleegkunde terwijl ze de gewonden behandelde.De Krimoorlog markeerde een keerpunt voor het Russische rijk.De oorlog verzwakte het keizerlijke Russische leger, putte de schatkist uit en ondermijnde de invloed van Rusland in Europa.Het zou tientallen jaren duren voordat het rijk zich herstelde.De vernedering van Rusland dwong de ontwikkelde elites om de problemen te onderkennen en de noodzaak van fundamentele hervormingen te onderkennen.Zij zagen snelle modernisering als de enige manier om de status van het rijk als Europese macht te herstellen.De oorlog werd zo een katalysator voor hervormingen van de Russische sociale instellingen, waaronder de afschaffing van de lijfeigenschap en hervormingen in het rechtssysteem, lokaal zelfbestuur, onderwijs en militaire dienst.