1467 - 1615
Sengoku Jidai
De Sengoku-periode, of periode van de Strijdende Staten, was een periode in de geschiedenis vanJapan van vrijwel constante burgeroorlog en sociale onrust van 1467-1615.De Sengoku-periode werd geïnitieerd door de Ōnin-oorlog in 1464, die het feodale systeem vanJapan onder het Ashikaga-shogunaat instortte.Verschillende samoeraikrijgsheren en clans vochten om controle over Japan in het machtsvacuüm, terwijl de Ikkō-ikki tevoorschijn kwamen om te vechten tegen de samoeraiheerschappij.De komst van Europeanen in 1543 introduceerde de haakbus in de Japanse oorlogsvoering, en Japan beëindigde zijn status als zijrivierstaat vanChina in 1700. Oda Nobunaga ontbond het Ashikaga-shogunaat in 1573 en lanceerde een oorlog van politieke eenwording met geweld, inclusief de Ishiyama Hongan-oorlog. ji-oorlog, tot aan zijn dood bij het Honnō-ji-incident in 1582. Nobunaga's opvolger Toyotomi Hideyoshi voltooide zijn campagne om Japan te verenigen en consolideerde zijn heerschappij met talrijke invloedrijke hervormingen.Hideyoshi lanceerde de Japanse invasies vanKorea in 1592, maar hun uiteindelijke mislukking beschadigde zijn prestige vóór zijn dood in 1598. Tokugawa Ieyasu verplaatste Hideyoshi's jonge zoon en opvolger Toyotomi Hideyori tijdens de Slag om Sekigahara in 1600 en herstelde het feodale systeem onder de Tokugawa. Shogunaat.De Sengoku-periode eindigde toen Toyotomi-loyalisten werden verslagen bij de belegering van Osaka in 1615. De Sengoku-periode werd door Japanse historici genoemd naar de vergelijkbare maar verder niet-gerelateerde periode van de Strijdende Staten in China.Het moderne Japan erkent Nobunaga, Hideyoshi en Ieyasu als de drie ‘Grote Verenigers’ vanwege hun herstel van de centrale overheid in het land.