In 755 kwam er een einde aan de lange vrede tussen
Bulgarije en het Byzantijnse rijk.Dit kwam vooral doordat de Byzantijnse keizer Constantijn V, na aanzienlijke overwinningen op de Arabieren, zijn grens met Bulgarije begon te versterken.Met dit doel vestigde hij ketters uit
Armenië en Syrië in Thracië.Khan Kormisosh vatte deze acties en de bouw van een nieuw fort langs de grens op als een schending van het Byzantijns-Bulgaarse Verdrag van 716, ondertekend door Tervel.De Bulgaarse heerser stuurde gezanten om eerbetoon te vragen voor de nieuwe forten.Na de weigering van de Byzantijnse keizer viel het Bulgaarse leger Thracië binnen.Terwijl ze onderweg alles plunderden, bereikten de Bulgaren de buitenwijken van Constantinopel, waar ze werden aangevallen en verslagen door Byzantijnse troepen.Het jaar daarop organiseerde Constantijn V een grote campagne tegen Bulgarije, dat nu werd geregeerd door een nieuwe khan, Vinekh.Er werd een leger gestuurd met 500 schepen die het gebied rond de Donaudelta plunderden.De keizer zelf, die de hoofdmacht leidde, rukte op naar Thracië en werd door de Bulgaren aangevallen bij het grenskasteel van Marcellae.De details van de strijd zijn onbekend, maar het resulteerde in een overwinning voor Constantijn V. Om de invasie te stoppen stuurden de Bulgaren gijzelaars naar Constantinopel.